{"id":879,"date":"2024-01-29T16:47:57","date_gmt":"2024-01-29T16:47:57","guid":{"rendered":"https:\/\/nis2resources.eu\/?page_id=879"},"modified":"2024-08-09T09:30:20","modified_gmt":"2024-08-09T09:30:20","slug":"article-34","status":"publish","type":"page","link":"https:\/\/nis2resources.eu\/nl\/richtlijn-2022-2555-nis2\/artikel-34\/","title":{"rendered":"Artikel 34, Algemene voorwaarden voor het opleggen van administratieve geldboeten aan belangrijke en essenti\u00eble entiteiten"},"content":{"rendered":"
1. De lidstaten zorgen ervoor dat de administratieve boeten die overeenkomstig dit artikel aan belangrijke en essenti\u00eble entiteiten worden opgelegd wegens inbreuken op deze richtlijn doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn, rekening houdend met de omstandigheden van elk afzonderlijk geval.<\/p>\n\n\n\n
2. Naast de in artikel 32, lid 4, onder a) tot en met h), artikel 32, lid 5, en artikel 33, lid 4, onder a) tot en met g), bedoelde maatregelen worden administratieve geldboeten opgelegd.<\/p>\n\n\n\n
3. Bij de beslissing of een administratieve boete moet worden opgelegd en bij de vaststelling van de hoogte ervan in elk afzonderlijk geval, wordt ten minste rekening gehouden met de in artikel 32, lid 7, genoemde elementen.<\/p>\n\n\n\n